Feestelijke lancering van DERA 2.0
Het Netwerk Digitaal Erfgoed viert weer een mijlpaal: van referentie-architectuur DERA is nu de tweede, meer uitgebreide versie beschikbaar. Een verslag van de feestelijke lancering.
Op 12 november is DERA 2.0 officieel gelanceerd. Ruim zestig betrokkenen uit het Netwerk Digitaal Erfgoed waren naar de Mariënhof in Amersfoort gekomen om dat te vieren. Er was een inhoudelijk programma, waarna de aanwezigen het glas hieven op het behaalde resultaat. Maar ook op de toekomst, want de DERA zal verder worden ontwikkeld en geconcretiseerd, in samenwerking binnen het netwerk.
Wat is DERA?
DERA staat voor Digitaal Erfgoed Referentie Architectuur. Kort gezegd kunnen alle betrokkenen hiermee bekijken welke rol zij kunnen spelen in het Netwerk Digitaal Erfgoed en wat ze daarvoor moeten doen. Het ministerie van OCW is eigenaar van de DERA. De architectuur wordt ontwikkeld door werkgroep van vertegenwoordigers uit het netwerk.
Softwareleveranciers juichen architectuur toe
Het eerste deel van het programma was speciaal voor de softwareleveranciers in de erfgoedsector. Naast de erfgoedinstellingen spelen zij een belangrijke rol in het netwerk.
Laurents Sesink (Universiteit Leiden) gaf als lid van de DERA-werkgroep een korte introductie. Hij schetste het proces waarmee de DERA tot stand is gekomen. Met versie 2.0 is de DERA volwassen genoeg om als richtlijn te dienen voor concrete projecten en diensten.
Vervolgens werd er in kleinere groepen gediscussieerd over de vraag wat de DERA voor softwareleveranciers kan betekenen. De overeenstemming over standaarden en richtlijnen geeft hen houvast in hun dienstverlening. Volgens de DERA moet alle erfgoedinformatie als linked open data worden gepubliceerd, waardoor de informatie uit verschillende bronnen gemakkelijk gekoppeld kan worden. Een enthousiast geluid: ‘Als iedereen zo werkt, dan kun je in een half uur een interessante portal voor eindgebruikers in elkaar klikken’. Ook helpt de DERA de softwareleveranciers om te bepalen hoe ze zich willen profileren. Welke diensten bieden ze aan en welke niet?
In de discussie werd wel duidelijk dat er nog een gat ligt tussen theorie en praktijk. Gekscherend werd gesproken van de ‘wolligheid van de architectuur’ tegenover de ‘modder van de dagelijkse praktijk’. In volgende versies van de DERA zal dit gat gedicht worden door verdere concretisering.
Toelichting op de DERA
Voor het tweede deel van de middag was een breder publiek van betrokkenen uit erfgoedinstellingen uitgenodigd. Bram Gaakeer (ministerie OCW) gaf als voorzitter van de DERA-werkgroep een toelichting. Hij is ook bij andere referentiearchitecturen voor de overheid betrokken (de NORA en haar ‘dochters’, waar de DERA er één van is). Iedere sector is weer anders en dat bleek ook voor de erfgoedwereld het geval. Het belang van de DERA is niet zozeer het vastgestelde document, maar alle discussies die eraan vooraf zijn gegaan. Wat is precies erfgoed? Welke verandering wil je met zijn allen bereiken? Waarom doe je het allemaal?
In de DERA staat de eindgebruiker centraal en die is erbij gebaat dat erfgoedcollecties beter met elkaar verbonden worden, over de grenzen van collecties en sectoren heen. Bram schetste het probleem van de traditionele manier van werken, waarbij de collecties centraal staan. Een eindgebruiker is echter niet geïnteresseerd in collecties, maar heeft een vraag: wie, wat, waar, wanneer? Daarom is het nodig om relaties te kunnen leggen tussen informatie uit verschillende bronnen.
Vervolgens kwamen de onderdelen van de DERA aan bod. Uitgangspunt is het strategische doel van het NDE en de daaruit afgeleide operationele doelen en principes. Op basis daarvan beschrijft de DERA de ‘bedrijfsfuncties’. Wat verandert er als een organisatie deelneemt aan het netwerk en welke eisen stelt dat? Ook worden de ‘actoren’ en ‘rollen’ in het netwerk beschreven en de bijbehorende ‘requirements’.
Van Gogh Worldwide
Erik Samson (RKD Nederlands Instituut voor Kunstgeschiedenis) presenteerde Van Gogh Worldwide. Dit is een inspirerend voorbeeld van het soort toepassingen dat de DERA voor ogen heeft, doordat informatie uit verschillende bronnen met elkaar wordt verbonden. Het project heeft als doel alle wetenschappelijke informatie over Van Gogh samen te brengen (van RKD, Van Gogh Museum en Kröller-Müller Museum).
Interessant is de koerswijziging van het project nadat de plannen aan de DERA waren getoetst. Een van de DERA-uitgangspunten is dat bronhouders zelf verantwoordelijk zijn voor het publiceren van hun data. Door dit inzicht is Van Gogh Worldwide afgestapt van een centralistisch model. In plaats daarvan zullen de bronhouders hun gegevens zelf als linked open data publiceren. Dit heeft als bijkomend voordeel dat er in de toekomst gemakkelijk nieuwe bronsystemen kunnen meedoen. Daarnaast worden de gegevens zo ook elders bruikbaar, dus ook buiten Van Gogh Worldwide.
AdamLink
Ivo Zandhuis presenteerde AdamLink. Hierin wordt erfgoedinformatie over Amsterdam met elkaar verbonden en als linked open data gepubliceerd. AdamLink is sinds enige tijd operationeel en is een aansprekend voorbeeld van de kracht van linked open data. Dat werd bijvoorbeeld duidelijk toen een groep studenten in een week tijd erg leuke toepassingen maakte met de data.
In hoeverre werkt AdamLink volgens de principes van de DERA? Het eerlijke antwoord luidde: nog niet helemaal. Wel zijn de deelnemende instellingen zich door de samenwerking meer bewust geworden van het belang ervan.
In een overzicht liet Ivo zien wat erfgoedinstellingen moeten moeten doen om hun informatie als linked open data te publiceren. Alle stappen in die richting zijn welkom onder het motto: ‘beter half dan niet!’.
Ondertekening manifest
Ook ondertekenden elf softwareleveranciers (en daarmee vrijwel alle aanbieders van collectiebeheerssystemen in Nederland) deze middag het NDE-manifest. Hiermee onderschreven zij de uitgangspunten van het Netwerk Digitaal Erfgoed.
En nu verder
DERA 2.0 is een tussenstation. Het is nu tijd om ermee te gaan werken. In toekomstige versies zal de architectuur verder worden uitgewerkt, onder meer door toetsing aan ervaringen uit de praktijk. Samenwerking met de netwerkpartijen is daarom essentieel. In volgende versies zal ook dieper worden ingegaan op de domeinen Zichtbaar en Houdbaar (nu gaat het vooral over Bruikbaar). Ook zal de ‘bedrijfsarchitectuur’ uit DERA 2.0 in volgende versies worden geconcretiseerd in een ‘applicatielaag’ en ‘technologielaag’.”Wil je meer weten over de DERA? Kijk voor meer informatie en contactgegevens op de DERA-pagina.